Het pand waar pannenkoekenrestaurant De Kraai in gevestigd is, was voorheen een oude graanschuur uit Wormerveer. “Aan het tegelplateau kun je zien hoe het pand hier gekomen is.” Vertelt Simon trots. Ook de oude smuiger lokt bij de bezoekers reacties uit “We krijgen veel vragen over de schouw. Het is een prachtig stukje geschiedenis.“ Simon vindt het belangrijk om de historie van het pand te eren en uit te leggen waar de schouw zoal voor gebruikt werd. “Vandaag de dag hebben kinderen een IPad, maar vroeger werd aan de hand van de tegels verhalen verteld. De boven tegels waren voor volwassenen bedoeld en de tegels onderaan voor de kinderen.”
Simon wist al vrij snel dat De Kraai iets is wat hij wilde doen en overnemen wanneer de tijd rijp was. “Mijn ouders vonden dat ik mij na mijn studie eerst goed moest oriënteren en dat is achteraf een goede keuze geweest.” Vorig jaar juni was het dan zover, na bijna tien jaar werken op de Zaanse Schans gaven zijn ouders het stokje over aan Simon. “Werken in een omgeving waar mensen in vakantiestemming zijn, geeft een relaxed gevoel.” De seizoenen zijn wel een uitdaging vindt Simon. “Het laagseizoen is hier ook echt wel laag. Het zou ideaal zijn als het meer verspreid is over het hele jaar.” Ook speelt de actualiteit een rol op toerisme, vertelt Simon “Je hebt altijd te maken met invloeden van buitenaf. Het zijn dingen die horen bij het hebben van een toeristisch bedrijf.”
Met hier en daar een aanpassing, zoals de nieuwe schorten, probeert Simon zijn persoonlijke touch te geven aan het pannenkoekenrestaurant. Ook het initiatief van zijn vader om de langste pannenkoek van Nederland te maken zou Simon in de loop der tijd willen aanpakken door na te denken om de langste of grootste pannenkoek van de wereld te maken en zich aan te melden voor The Guinness World Records. “Aantal jaar geleden hadden we de 100 meter qua lengte pannenkoek gehaald door met een hele rij van marktkramen het record te verbreken. Helaas was het niet officieel en was er ook geen notaris aanwezig. Maar het was heel leuk en we hadden nationale aandacht.” Het is een leuke manier om de Zaanse Schans eens op een andere manier onder de aandacht te brengen, zowel nationaal als internationaal.
In 2030 hoopt Simon dat er meer Nederlanders op de Zaanse Schans rondlopen, dan dat nu het geval is. “Ik merk in mijn omgeving, van vrienden en familie die hier nog nooit geweest zijn, dat ze het wel heel leuk vinden.” Dat triggert Simon om te kijken om meer samenwerkingen aan te gaan en na te denken over hoe je tussen nu en dertien jaar meer Nederlanders kunt trekken. “Ik streef er naar om meer Nederlanders bekend te maken met het product Zaanse Schans, omdat het een stukje historie is van ons allemaal.” Daarnaast vindt Simon het gunstig ten opzichte van andere toeristische plekken dat er wordt uitgegaan van een bepaalde authenticiteit. “We bootsen een omgeving van 1850 na en ik hoop dat we dat zoveel mogelijk kunnen behouden. Wel moeten we blijven zoeken naar veranderingen en kritisch blijven.”
Als verbeterpuntje ziet Simon de insteek van hospitality. “We hebben allemaal dezelfde klanten oftewel bezoekers. Onze taak is om hen een zodanig goed gevoel te geven, zodat zij wellicht als ambassadeur voor de Zaanse schans kunnen fungeren. Als mensen positief communiceren over de Zaanse Schans en hun beleving op bijvoorbeeld social media delen, kan het alleen maar een sneeuwbal effect geven. Op een goede manier.” Simon pleit om het product Zaanse Schans nog gastvrijer naar voren te brengen, zodat we er in 2030 nog sterker voor staan. En dat de feel good factor heel hoog is. “Als we dit product met ze alle blijven door ontwikkelen en promoten, zitten we goed.” Sluit Simon af.